HONDA VAARPRAKTIJK

VAREN OP DE MAAS

Een van de mooiste grote steden van ons land om te varen is Rotterdam. Maar varen op de Nieuwe Maas stelt bijzondere eisen aan mensen die met een plezierjacht in dit drukke gebied rondvaren. Vaarprofessional Marco Binnendijk van Dolphin Maritime over de do’s en don’ts van het varen in Rotterdam.

Bereid je goed voor

De havens van Rotterdam zijn de grootste van Europa en worden jaarlijks bezocht door 30.000 zeeschepen. Ook varen er per jaar 110.000 binnenvaartschepen en enkele duizenden plezierboten. Door de vele havenmondingen, de grote drukte en de afmetingen van de beroepsschepen kunnen watersporters in de knel komen. Volgens Marco kun je dat voorkomen door je in de eerste plaats goed voor te bereiden op het varen. Zorg dat je boot in orde is, je voldoende brandstof bij je hebt en voor iedereen aan boord een reddingsvest. Draag het dodemanskoord en zorg dat je de juiste navigatiemiddelen (kaarten, GPS en dergelijke) tot je beschikking hebt, zodat je op elk moment weet waar je bent en waar je naartoe kunt. Als je een marifoon aan boord hebt, ben je verplicht deze uit te luisteren. Vertel iedereen aan boord wat de plannen zijn. Laat de opvarenden mee opletten wat er gebeurt op het water en zich goed vasthouden. Het stromende water kan door het drukke verkeer namelijk wilde bewegingen van de boot veroorzaken.

Sneller betekent proactief

Met een Honda buitenboordmotor heb je een snelle, betrouwbare motor. Maar, als je snel vaart, heb je minder tijd om beslissingen te nemen. Door je goed voor te bereiden en goed om je heen te kijken vaar je proactief. Vooruitdenken leert je sneller te reageren op veranderingen in de verkeerssituatie. Ervaring is daarbij belangrijk. Als je een goede vaarcursus volgt, doe je ervaring op en leer je de fijne kneepjes van het varen onder lastige omstandigheden.

Marifoon

Je bent verplicht een marifoon uit te luisteren als je deze aan boord hebt. Je kiest altijd het kanaal van de sector waar je vaart. Gebruik de marifoon altijd bij het kruisen van het vaarwater, bij het in- en uitvaren van een haven, als je wordt gevraagd om je te melden en als je problemen hebt. Noem eerst het station dat je oproept, bijvoorbeeld ‘sector maasbruggen’. Daarna noem je de naam van het schip, jouw positie en je bestemming. Je sluit af met 'over' of 'uit'. Waar je vaart, staat op de oever aangegeven met het getal van het blokkanaal op roodomrande vierkante borden. Zo gebruik je VHF 81 in de binnenstad. Vaar je meer richting de zee, dan veranderen de getallen waarmee het lokale marifoonkanaal wordt aangegeven. Als je uitluistert, bemerk je het jargon waarmee de beroepsvaart communiceert. Zo wordt gesproken van opvaart en afvaart. Dat zit zo: de rivier stroomt vanuit de bergen in de Alpen naar de Noordzee. Als je richting zee vaart, wordt dat afvaart genoemd, de andere kant op is opvaart.

Vaar op de juiste plek

Je kunt de vaarweg in 10 stroken verdelen, waarbij 1 de meest bakboordwal en 9 de uiterste stuurboordwal is. Het midden van de vaarweg wordt met 5 aangeduid. In principe houdt iedereen stuurboordwal, dus langzame pleziervaart kiest sowieso voor 9. Als je zoals Marco Binnendijk met een snelle boot vaart met 250 pk Honda, kies je voor varen in 7. Dan heb je de ruimte om langzame boten in 8 en 9 te passeren en heb je voldoende afstand om kruisend verkeer of boten die uit zijkanalen komen, goed te zien aankomen. Overigens steek je de rivier altijd haaks over. Kan dit niet, bijvoorbeeld doordat het zicht wordt beperkt, vaar dan even stuurboordwal met de rest van het verkeer mee, totdat je voldoende overzicht hebt om de vaarweg veilig haaks te kunnen oversteken.

Geef beroepsvaart de ruimte

Beroepsvaart is soms net zo snel als speedboten. Zo scheren de beroemde Rotterdamse watertaxi’s met meer dan 40 km/u over het water. Grote schepen zijn log, maar verrassend snel. Kijk goed om je heen, want op de Maas komt het gevaar vaak van achteren. Bedenk dat de schipper van een groot binnenvaartschip te maken heeft met een dode hoek van wel 350 meter voor het schip. Wat je daar doet is dus niet door de schipper te zien. Bovendien zijn de schepen niet gemakkelijk van koers te veranderen of af te remmen. Zorg dat je altijd bij beroepsvaart uit de buurt blijft en maak door je vaargedrag duidelijk wat je van plan bent. Lange beroepsschepen zwaaien bij bochten in de rivier soms vervaarlijk uit richting de oever. Zorg dat je daar niet knel komt te zitten en geeft beroepsvaart de ruimte, bijvoorbeeld door even gas terug te nemen. Passeer beroepsvaart altijd achterlangs, dus schiet nooit nog even snel voorlangs. Dat is echt not done.

Genieten

Het unieke van Rotterdam is dat je met hoge snelheid door de stad mag varen. Maar doe dat alleen als dat verstandig is. Bij havenmondingen geldt een straal van 100 meter waarin je niet snel mag varen. Daar geldt de lokaal geldende maximumsnelheid, bv 15 km/u. Als je rustig vaart heb je de kans om optimaal te genieten van de architectuur en al het andere dat Rotterdam te bieden heeft. Het is een unieke stad met een geweldige sfeer. Geniet van het varen, maar doe het vooral veilig.