MET VISGIDS DAAN
ACHTER DE DIKKE VROUWTJES AAN
Het roofvisseizoen zit er alweer bijna op, maar de laatste vissen zijn nog niet gevangen. Met deze tips van roofvisser Daan Verbruggen vis je niet achter het net, en vang je zo vlak voor de gesloten tijd nog een paar mooie snoekbaarzen en baarzen.
Daan: “Het klinkt misschien gek, maar in deze laatste periode kun je vaak nog je slag slaan. Juist nu kun je de vaak dikke vrouwtjes in de ondiepte vinden waar ze wachten op een partner, met wie ze voor het nageslacht gaan zorgen. Er zijn verschillende manieren om dan nog even achter ze aan te gaan. Ik geef je graag mijn drie favoriete technieken voor deze tijd, waardoor ook jij je seizoen mooi kunt afsluiten.”
1. Werpend met shads
Een hele goede manier om de ondieptes uit te vissen is werpend met shads. Zorg er wel voor dat je je shad voorziet van een niet al te zware loodkop, afhankelijk van de eventuele stroming natuurlijk. Juist omdat het ondiep is, wil je niet dat je shad in één keer naar beneden dondert, maar juist dat er een goed zweefmoment is. Plekken met veel structuur, begroeiing, mosselbanken of verschillende waterlagen dicht bij elkaar genieten de voorkeur. Deze manier is zeer geschikt voor het vangen van snoekbaarzen en baarzen.
2. Werpen met crankbaits
Een crankbait is een vaak wat kleinere plug met een zwemlip die je afhankelijk van de stand van de lip in verschillende waterlagen kunt vissen. Het is dus belangrijk dat je weet in welke diepte je wilt vissen, want als je bijvoorbeeld in twee meter diep water vist, dan heeft het weinig zin om hier een crankbait voor te gebruiken die maar 50cm diep loopt. De snoekbaarzen en baarzen liggen rond deze tijd vaak tegen de bodem aan en daar zul je ze dan ook doorgaans moeten zoeken. Andersom wil ook nog wel eens goed werken, dus bijvoorbeeld vissen in twee meter diep water met een crankbait die wel 2,5 of zelfs 3 meter diep loopt. Het mooie hiervan is dat de crankbait dan tegen de bodem aan loopt en vaak zorgt voor een stofspoor wat weer de aandacht van de rovers activeert. Zorg er ook voor dat je crankbait snel duikt naar de diepte waar je wilt vissen, want hoe langer hij daar is, hoe groter de kans dat hij opgemerkt wordt door de baarzen en snoekbaarzen. Vis de crankbait wel altijd met een titanium of stalen onderlijn, want tijdens het op diepte brengen van de crankbait kan er ook zomaar een snoek opduiken.
3. Vissen met de pen en een dode aasvis
Deze manier van vissen is wel wat lastiger dan de twee voorgaande, omdat je met deze manier eigenlijk al moet weten in welk gebied de snoekbaars zich ophoudt. Waar je met de twee voorgaande manieren erg actief bent en veel verschillend water en plekken afvist, doe je dat juist met deze manier niet; je blijft veelal op een plek liggen. Dit noemen we ook wel statisch vissen. Dat wil niet zeggen dat je echt maar op één plek ligt, want je kan natuurlijk gerust wel een keer verplaatsen, waarna je de ankers weer uitgooit; iets wat je bij de andere twee technieken niet doet. Als de snoekbaars maar moeilijk te verleiden is met kunstaas kunnen ze het nog wel eens heel erg goed doen op een dode aasvis. In dit geval zul je alleen wat meer geduld moeten hebben en echt afwachten of ze er liggen en wanneer ze je aasvis willen pakken. Vaak is het wel zo dat zeker op de moeilijke dagen ze eerder geneigd zijn natuurlijk aas te pakken boven kunstaas en het klinkt misschien vreemd, maar dit zijn vaak de grotere vissen. Zoals gezegd word je geduld wel op de proef gesteld en moet je al een beetje weten waar je de snoekbaarzen zou kunnen verwachten.
Met deze drie technieken zou het ook jou moeten lukken om nog even een mooie seizoensafsluiter te kunnen vangen voordat het weer tijd is voor het jaarlijkse onderhoud aan boot en motor. Want dat is uiteindelijk toch waar we dan weer twee maanden de tijd voor hebben, zodat we er de laatste zaterdag van mei weer veilig op uit kunnen. Tot ziens op het water, Daan Verbruggen